Ict-sector brandt Miljoenennota af
Prinsjesdag 2018
18 september 2018 20:21 |
Alfred Monterie
Vanuit de ict-sector is vernietigend gereageerd op de
Miljoenennota. Op vrijwel geen enkel punt wordt de
digitaliseringsstrategie van het kabinet waargemaakt, zo wordt gesteld.
Branchevereniging Nederland ICT en belangenorganisatie DINL constateren
een opvallend gebrek aan daadkracht.
Het blijft bij intenties. Volgens het kabinet moet Nederland de digitale koploper van Europa worden. Maar nergens uit blijkt de bereidheid ook te investeren in die ambitie, constateert de Stichting Digitale Infrastructuur Nederland (DINL). Directeur Michiel Steltman constateert een opvallend gebrek aan daadkracht. Een visie ontbreekt en de uitwerking is volledig ondermaats, aldus DINL.
Ook Nederland ICT ziet de ambitie van het kabinet om digitale koploper van Europa te worden niet terug in de Miljoenennota en de troonrede. Deze brancheorganisatie constateert dat het kabinet zich beperkt tot een aantal kleine, makkelijke maatregelen. Het ontbreekt aan structurele aanpassingen die Nederland toekomstbestendig maken.
Nederland ICT mist ook aandacht voor de enorme impact die digitalisering gaat hebben op de arbeidsmarkt van morgen. Er wordt geen geld uitgetrokken om het opnemen van digitale geletterdheid in het curriculum te versnellen.
Ook het probleem van de dreigende numerus fixus voor ict-opleidingen wordt niet geadresseerd. Het aantrekken van talenten uit het buitenland wordt juist moeilijker gemaakt, door het afschaffen van de fiscale 30 procent-regeling. Uit de Miljoenennota blijkt dat dit doorgaat, zonder overgangsregeling.
Steltman (DINL) vindt dat het tijd wordt voor een heldere
economische toekomstvisie. Automatisering, robotisering en de groei van
de digitale sector bieden ongekende kansen maar met alleen remmend
beleid zullen die kansen door andere landen worden verzilverd en kan de
economische groei stagneren. Overheden in omringende landen, zoals
Noorwegen, Luxemburg en het Verenigd Koninkrijk, investeren wel fors in
digitalisering en de daarvoor benodigde infrastructuur.
Steltman: 'Maken we de digitale ambities concreet, of kiezen we collectief voor een laissez faire-benadering en voor achterover leunen? De economische voorspoed in Nederland is een uitgelezen moment om door te pakken en voor te sorteren op de toekomst. Daar horen fundamentele keuzes en ook investeringen bij.'
Hij constateert dat het gebrek aan invulling van de digitale strategie haaks staat op de grote digitale ambities van het kabinet. 'Het beleid voor 2019 gaat vooral over eerlijk verdelen. En de investeringen zijn gericht op het behouden van bestaand verdienvermogen. Niemand lijkt zich zorgen te maken over wat er over tien of twintig jaar te verdelen valt. Zoals de zaken er nu voor staan wil het kabinet van alles maar zal de markt er volledig op eigen kracht voor moeten zorgen dat het ook gebeurt en zelf de randvoorwaarden moeten regelen. Want bedrijven moeten niet alleen investeren in digitalisering, maar ook in beschermen van data en digitale weerbaarheid.'
Daarbovenop komt een stortvloed aan nieuwe digitale regelgeving vanuit de EU. Ook is er het feit dat de sector met moeite aan personeel kan komen. Tenslotte zijn er knelpunten zoals tekort aan energie voor nieuwe datacenters. Dat de sector ondanks dat toch hard weet te groeien is een indicatie van de kracht van de digitale economie, merkt hij op. 'Maar het huidige overheidsbeleid is wel een erg riskante benadering van de wens om digitale koploper te worden en zo nieuw verdienvermogen te creëren.'
In de begroting worden veel woorden gewijd aan de cybersecurity. Maar concreet wordt het zelden. Er komt dertig miljoen om de veiligheid van de digitale infrastructuur te versterken. Maar volgens Nederland ICT is nog onduidelijk waar dit geld aan wordt uitgegeven. Wel is een half miljoen gereserveerd om de veiligheid van hardware en software te verbeteren. Ook hier is onbekend waar dit geld aan wordt uitgegeven. De begroting zinspeelt vaag op security-standaarden. Maar de discussie over security-standaard vindt op dit moment op Europees niveau plaats.
Het blijft bij intenties. Volgens het kabinet moet Nederland de digitale koploper van Europa worden. Maar nergens uit blijkt de bereidheid ook te investeren in die ambitie, constateert de Stichting Digitale Infrastructuur Nederland (DINL). Directeur Michiel Steltman constateert een opvallend gebrek aan daadkracht. Een visie ontbreekt en de uitwerking is volledig ondermaats, aldus DINL.
Ook Nederland ICT ziet de ambitie van het kabinet om digitale koploper van Europa te worden niet terug in de Miljoenennota en de troonrede. Deze brancheorganisatie constateert dat het kabinet zich beperkt tot een aantal kleine, makkelijke maatregelen. Het ontbreekt aan structurele aanpassingen die Nederland toekomstbestendig maken.
Nederland ICT mist ook aandacht voor de enorme impact die digitalisering gaat hebben op de arbeidsmarkt van morgen. Er wordt geen geld uitgetrokken om het opnemen van digitale geletterdheid in het curriculum te versnellen.
Ook het probleem van de dreigende numerus fixus voor ict-opleidingen wordt niet geadresseerd. Het aantrekken van talenten uit het buitenland wordt juist moeilijker gemaakt, door het afschaffen van de fiscale 30 procent-regeling. Uit de Miljoenennota blijkt dat dit doorgaat, zonder overgangsregeling.
Luxemburg
Steltman: 'Maken we de digitale ambities concreet, of kiezen we collectief voor een laissez faire-benadering en voor achterover leunen? De economische voorspoed in Nederland is een uitgelezen moment om door te pakken en voor te sorteren op de toekomst. Daar horen fundamentele keuzes en ook investeringen bij.'
Hij constateert dat het gebrek aan invulling van de digitale strategie haaks staat op de grote digitale ambities van het kabinet. 'Het beleid voor 2019 gaat vooral over eerlijk verdelen. En de investeringen zijn gericht op het behouden van bestaand verdienvermogen. Niemand lijkt zich zorgen te maken over wat er over tien of twintig jaar te verdelen valt. Zoals de zaken er nu voor staan wil het kabinet van alles maar zal de markt er volledig op eigen kracht voor moeten zorgen dat het ook gebeurt en zelf de randvoorwaarden moeten regelen. Want bedrijven moeten niet alleen investeren in digitalisering, maar ook in beschermen van data en digitale weerbaarheid.'
Riskante benadering
'Leveranciers van digitale infrastructuur moeten fors investeren in nieuwe technologie', vervolgt de DINL-directeur, 'maar betalen ook precario en leges, en moeten grote bedragen in de schatkist storten voor telecomfrequenties. Niets daarvan komt ten goede aan die digitale ambities.'Daarbovenop komt een stortvloed aan nieuwe digitale regelgeving vanuit de EU. Ook is er het feit dat de sector met moeite aan personeel kan komen. Tenslotte zijn er knelpunten zoals tekort aan energie voor nieuwe datacenters. Dat de sector ondanks dat toch hard weet te groeien is een indicatie van de kracht van de digitale economie, merkt hij op. 'Maar het huidige overheidsbeleid is wel een erg riskante benadering van de wens om digitale koploper te worden en zo nieuw verdienvermogen te creëren.'
In de begroting worden veel woorden gewijd aan de cybersecurity. Maar concreet wordt het zelden. Er komt dertig miljoen om de veiligheid van de digitale infrastructuur te versterken. Maar volgens Nederland ICT is nog onduidelijk waar dit geld aan wordt uitgegeven. Wel is een half miljoen gereserveerd om de veiligheid van hardware en software te verbeteren. Ook hier is onbekend waar dit geld aan wordt uitgegeven. De begroting zinspeelt vaag op security-standaarden. Maar de discussie over security-standaard vindt op dit moment op Europees niveau plaats.