Column: Kunstmatige intelligentie en talenten bepalen onze toekomst
Willem Vermeend en Rik van der Ploeg
In de wereld van beleggers en investeerders neemt de onrust toe
over de records op de internationale beurzen. Ze vrezen voor een
klappende aandelenbubbel en zoeken naar voortekenen die daarop wijzen.
Analisten zien die nog niet en komen met de geruststellende boodschap
dat in de meeste landen, ook in Europa, de economieën goed draaien en
dat er nog geen signalen zijn die op een verslechtering wijzen.
Ook de economisch denktanks zien het zonnig in. Zo was het
Internationaal Monetaire Fonds (IMF) onlangs vol lof over de economische
prestaties van de EU, waar Nederland met een groei van ruim 3% tot de
koplopers behoort. Voor de protestpartijen die in hun land kiezers
willen werven met de belofte dat ze de EU zullen ontmantelen, is dit
slecht nieuws. Volgens een recente enquête is gemiddeld 78% van de
Europese burgers blij dat ze in de in de EU leven.
Zijn er dan geen doemdenkers? Jawel, en
die wijzen op realistische gevaren die tot een keerpunt in de mondiale
economie kunnen leiden, zoals de gang van zaken in de VS en China
(schuldenberg), politieke spanningen rond Noord-Korea, de toekomst van
de EU en Brexit. Voorlopig is er reden voor optimisme. Maar voor
beleidsmakers en bedrijven is het altijd verstandig rekening te houden
met economisch slecht weer dat niet alleen onverwacht, maar ook snel kan
toeslaan. Wat kunnen ze doen?
Winnaars
Volgens
toekomststudies zijn zowel bij goed als slecht weer, bedrijven en
overheden die volop investeren in innovatieve technologieën en talenten
de winnaars. Daar komt nog bij dat we zonder deze technologieën niet in
staat zijn om de klimaatverandering af te remmen. Bij de inzet van
innovaties staat op dit moment kunstmatige intelligentie (KI), vaak
aangeduid als Artificial Intelligence (AI) wereldwijd met stip bovenaan.
Daarbij gaat het om machines, software en apparaten die in staat zijn
het denkvermogen van een mens te imiteren. Ze zijn in staat om
zelfstandig te leren en beslissingen te nemen. Ze leren ook van hun
eigen fouten en leveren daardoor betere prestaties. In de praktijk wordt
dit aangeduid als machine learning. Bekende voorbeelden van KI zijn
apps op smartphones, zoals de virtuele assistenten Siri, Google Now,
Facebook M en Cortana. Andere toepassingen zijn chatbots, virtuele
gesprekspartners die bij de klantenservice via websites worden ingezet.
Een voorbeeld hiervan is chatbot Billie op Bol.com. Ook bij robots,
videogames, vertaalmachines, beeldherkenning en zelfrijdende auto’s
wordt gebruikt gemaakt van KI. Bij KI spelen data (bijvoorbeeld gegevens
van klanten) een essentiële rol. Op dit moment zien we dat vooral bij
grote internationale bedrijven KI en data met een snelle opmars bezig
zijn. Elk bedrijf wordt daar een ’big-data bedrijf’. Deze bedrijven zijn
daardoor in staat op allerlei terreinen enorme machtsposities op te
bouwen en markten te beheersen.
Kunstmatige intelligentie biedt
ongekende voordelen op talloze gebieden, zoals bij de gezondheidszorg en
het onderwijs (hogere kwaliteit, efficiency), het klimaatbeleid,
misdaadbestrijding (waaronder cybercrime) en verkeersveiligheid. Omdat
we nog niet weten waartoe intelligente computersystemen straks in staat
zijn, is het nodig naast de voordelen ook voldoende aandacht te schenken
aan de ethische en juridische vraagstukken die op ons afkomen.
Achterstand inhalen
Overheden
en het mkb lopen, ook in Nederland, nog ver achter. Omdat wij als land
met een open economie ons brood vooral via export in het buitenland
verdienen, zullen we een inhaalslag moeten maken. Dat is ook nodig om
niet overheerst te worden door de superrijke Amerikaanse techreuzen die
in Europa op het terrein van het internet nu al de dienst uitmaken.
Doemdenkers
menen dat wij als klein land weinig kans hebben tegen deze overmacht
aan geld en kennis. Wij zien dat anders. Nederland staat op de meeste
economische en andere wereldranglijsten in de top tien en bij innovaties
zelfs op plaats vier. En volgens de deze week gepubliceerde jaarlijkse
IMD World Talent Ranking is ons land de nummer zes van de wereld als het
gaat om het aantrekken, ontwikkelen en behouden van talent. Landen als
Duitsland (op plaats 8), de VS (16), het VK (21) en Frankrijk (27) laten
we achter ons.
Een gunstige
ontwikkeling is ook dat we in Nederland een toename zien van het aantal
start-ups en scale-ups die zich bezighouden met nieuwe technologische
ontwikkelingen. Vooral de opmars van de scale-ups moeten we toejuichen
en verder bevorderen. Het gaat hier om bedrijfjes met minstens tien
werknemers die gedurende drie jaar twintig procent per jaar of meer
groeien. Volgens recent onderzoek staat tegenover dit succes ook een
verontrustende ontwikkeling. Steeds meer gevestigde bedrijven groeien
niet of nauwelijks en een derde krimpt zelfs. De groep bedrijven in het
mkb die stabiel zijn of krimpen, omvat nu al ruim 80 procent. Daardoor
wordt de groei van onze economie en banencreatie steeds afhankelijker
van start-ups en met name scale-ups.
Impuls nodig
Doordat wij vanuit onze werkkringen bij de wereld van tech start-ups en
scale-ups betrokken zijn, hebben wij ervaren dat de afgelopen jaren in
Nederland het beleid verbeterd is. Voorbeelden zijn de komst van
StartupDelta, maar ook de snelle groei van de Brightlands Smart Services
Campus in Heerlen waar talentvolle starters zich richten op kunstmatige
intelligentie, blockchain en klimaatverandering. Het kabinet Rutte III
kan deze techwereld een verdere impuls geven door het bevorderen van
(door)groeikapitaal, digitalisering, het kappen in bureaucratische
regelgeving, verlaging van werkgeverslasten en fiscale
vereenvoudigingen. Het stimuleren van creatieve hubs, zoals in East End
in Londen, werkt ook.
Daarnaast is het nodig onderwijsinstellingen aan te sporen programma’s
te ontwikkelen die zich richten op de smart industry en ondernemerschap.
Deze zijn ook van groot belang voor gevestigde bedrijven. Zonder de
inzet van nieuwe technologieën zullen ze de nieuwe economie, aangeduid
als 4.0, niet overleven.