Column: Discussie dividendbelasting draait om banen
Column: Discussie dividendbelasting draait om banen
Door Willem Vermeend
Deze
week ging het in politiek Den Haag vooral om de publicatie van de
zogenoemde Paradise Papers en het voorstel van het kabinet Rutte III om
de dividendbelasting af te schaffen.
Deze
Papers, gepubliceerd door een wereldwijd team van
onderzoeksjournalisten, wekken veel ophef vanwege de informatie over
miljarden aan belastingontwijking door internationale bedrijven. Het
gaat veelal om legale vormen van belastingbesparing bij de
winstbelasting die in de politiek maar ook in de publieke opinie veel
verontwaardiging opwekken.
Niets nieuws
Bevatten
de Papers iets nieuws? Nee, alles is reeds lang bekend. Al sinds de
jaren zeventig van de vorige eeuw bestrijden nationale
belastingdiensten, ook in Nederland, belastingontwijking. Maar tegelijk
werken deze diensten in veel landen zelf mee aan legale methoden om
bedrijven minder belasting te laten betalen. Ze maken daarover vooral
afspraken met multinationals die daardoor in hun land gevestigd blijven.
Fiscale concurrentie
De
afgelopen jaren is de wereldwijde concurrentiestrijd tussen landen om
bedrijven voor hun eigen land te behouden en van buiten aan te trekken
sterk toegenomen. De reden? Ze zijn van cruciaal belang voor de
werkgelegenheid. Ook binnen de EU halen regeringen alles uit de kast.
Naast lage belastingtarieven en speciale fiscale faciliteiten wordt
meestal nog een reeks van andere voordelen aan bedrijven geboden, zoals
lage arbeidskosten, lage sociale premies, goedkope bedrijfsgronden, lage
energielasten en speciale (fiscale) regelingen voor de topmanagers.
Deze strijd gaat om werkgelegenheid en ook om schaars toptalent.
Het gaat om banen
Regeringen
hebben ondernemers nodig om banen te scheppen en vinden de opbrengst
van hun winstbelasting minder belangrijk. Ze werken mee aan legale
belastingontwijking om arbeidsplaatsen te behouden. Voor Nederland wordt
wel de volgende rekensom gemaakt: Elk bedrijf dat hier blijft of vanuit
het buitenland met belastingvoordelen naar Nederland wordt gelokt,
schept banen die naast winstbelasting extra belastingopbrengsten
opleveren, zoals loonbelasting, maar ook sociale premies. Bij een modale
arbeidsplaats gaat het om een jaarlijks bedrag van ongeveer €17.000.
Daarvoor laat Nederland graag wat vennootschapsbelasting schieten en
doet ons land, al dan niet met tegenzin, dus mee aan de fiscale
concurrentiestrijd. Zouden we niet meedoen, zoals door links wordt
bepleit, dan moeten deze oppositiepartijen wel zo eerlijk zijn om aan te
geven dat bedrijven uit Nederland vertrekken en er vele tienduizenden
banen verloren gaan.
Europese winstbelasting
De
afgelopen twintig jaar zijn er veel internationale pogingen gedaan om
tussen zoveel mogelijk landen afspraken te maken voor een gezamenlijke
aanpak tegen belastingontwijking. Ze hebben weinig opgeleverd. De meeste
regeringen beloven tijdens deze internationale conferenties mee te
zullen doen, maar als ze weer thuis zijn, gaan ze weer creatief aan de
slag met het uitdelen van (fiscale) cadeaus om bedrijven en toptalenten
voor hun land te behouden en deze uit andere landen te lokken. Zo kent
elk EU-land een eigen belastingstelsel met talloze mogelijkheden om
bedrijven fiscale voordelen te geven.
De enige effectieve maatregel tegen
belastingontwijking in de EU is een Europese winstbelasting met dezelfde
belastinggrondslag en een minimum belastingtarief. Bij alle andere
maatregelen die bedacht of ingevoerd zijn, gaat het om lapmiddelen en
symboolpolitiek. De kans is groot dat het daarbij zal blijven. De meeste
EU-landen zijn tegenstander van een Europese winstbelasting. Ook in de
Nederlandse politiek is een ruime meerderheid tegen.
Concurrentie neemt toe
Door
de toenemende wereldwijde concurrentie komt het Nederlandse (fiscale)
vestigingsklimaat steeds meer onder druk te staan. Daarbij gaat de
strijd vooral om hoofdkantoren en innovatieve techbedrijven. Dit is de
reden dat Rutte III terecht heeft voorgesteld om onze winstbelasting te
verlagen. De linkse oppositie meent dat dit onnodig is en bepleit zelfs
een tariefsverhoging. Internationale onderzoeken wijzen uit dat een
verlaging goed uitpakt voor de groei van de economie en werkgelegenheid.
Verhogingen leiden tot het vernietigen van banen en het afremmen van de
groei. Naast de verlaging van de winstbelasting heeft Rutte III ook de
afschaffing van de dividendbelasting (kosten: 1,4 miljard euro)
voorgesteld. De oppositie in de Tweede Kamer en de meeste experts menen
dat deze verlaging geen banen oplevert. Ze beschouwen het als een duur
cadeautje voor de multinationals Shell en Unilever en buitenlandse
schatkisten die ruw geraamd bijna de helft van deze verlaging
opstrijken.
De heftige discussie
daarover is niet in het belang van ons vestigingsklimaat en ook de
multinationals leiden imagoschade. Voor premier Mark Rutte speelt
daarbij ook dat de internationale reputatie van Nederland op het spel
komt te staan als hij onder druk van de tegenstanders de verlaging
intrekt. Mede om die reden zal de coalitie deze maatregel blijven
verdedigen.
Oplossing: briefje van de werkgeversvoorman
De
enige oplossing waarbij de coalitie en de oppositie kunnen bewegen is
een signaal uit het bedrijfsleven dat een opening biedt voor
alternatieve fiscale opties die effectiever zijn. Dit signaal zou een
kort briefje kunnen zijn van werkgeversvoorman Hans de Boer. Een
voorbeeld conceptje is hieronder opgenomen:
Geachte leden van de Tweede Kamer,
Hierbij
bevestig ik dat wij als VNO-NCW tijdens het formatieproces met de heer
Rutte hebben gesproken over mogelijke fiscale maatregelen om het
Nederlandse vestigingsklimaat te versterken. In dat kader hebben
afzonderlijk ook een aantal van onze leden contact met hem gezocht over
een specifiek knelpunt, de dividendbelasting. De afgelopen week is van
verschillende kanten gesuggereerd dat deze leden de heer Rutte zouden
hebben gemeld dat ze met hun hoofdkantoren uit Nederland vertrekken als
deze belasting niet wordt afgeschaft. Mede namens deze leden hecht ik er
aan op te merken dat deze dreiging op geen enkele wijze aan de orde is
geweest. Vanwege de toenemende wereldwijde concurrentie tussen landen om
de vestigingsplaats te blijven of te worden van hoofdkantoren van
multinationals is van onze kant en deze leden voorgesteld om de
dividendbelasting af te schaffen. Het is ons opgevallen dat dit voorstel
veel negatieve reacties heeft geoogst en er getwijfeld wordt aan de
effectiviteit. Evenals onze betrokken leden delen wij als VNO-NCW deze
twijfel niet, maarwij zijn gaarne bereid met de Tweede Kamer daarover in gesprek te gaan.