Rutte III: Evenwichtig en groen regeerakkoord
Willem Vermeend en Rick van der Ploeg Het pakket beleidsmaatregelen dat het komende kabinet Rutte III deze week in het regeerakkoord presenteerde pakt goed uit voor de groei van de Nederlandse economie. Volgens berekeningen van het Centraal Planbureau (CPB) komt de economische groei in de nieuwe regeerperiode uit op gemiddeld 2% per jaar en daalt de werkloosheid naar 4,1%.
Zowel nationaal als internationaal gezien is dit een mooi resultaat waarmee de onderhandelaars best en beetje mogen pronken. Daarnaast scoort Rutte III ook met de koopkrachtplaatjes. Alle inkomensgroepen gaan er de komende jaren in hun besteedbaar inkomen op vooruit. Maar het meest opvallende is het voorgenomen klimaatbeleid.
Het is ongekend ambitieus en het
maatregelenpakket dat Rutte III voor dit beleid gaat inzetten moet ertoe
leiden dat in 2030 de uitstoot van CO2 bijna de helft (49 procent)
minder is dan in het ijkjaar 1990. Omdat de EU-landen op grond van het
klimaatverdrag van Parijs een Europese verplichting is opgelegd van 40%
in 2030, kan Nederland in de EU klimaatkoploper worden. Bij de
presentatie van het regeerakkoord werd door de onderhandelaars dan ook
gesteld dat Rutte III het groenste kabinet gaat worden in de
parlementaire geschiedenis, maar dan moet die ambitie wel worden
waargemaakt.
Belastingmaatregelen
Daarnaast
komt de nieuwe coalitie met een aantal belastingmaatregelen in de loon-
en inkomstenbelasting waarvan de plussen en minnen voor de burgers
leiden tot een netto belastingverlichting van in totaal 5,2 miljard
euro. Tegenover deze verlichting staat een verhoging van het lage
btw-tarief van 6% naar 9% en dat betekent voor gezinnen een
lastenverzwaring van 2 miljard euro.
Per
saldo levert het belastingbeleid van Rutte III burgers derhalve een
voordeel op van ruim 3 miljard euro. Om de internationale
concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven te versterken
wordt de winstbelasting voor grote en kleine bedrijven verlaagd van 20
naar 16 procent en van 25 naar 21 procent. Deze verlaging heeft vooral
bij de linkse oppositiepartijen tot opwinding geleid. Rutte III zou een
feest voor ondernemers worden.
Dit
is in alle opzichten een valse voorstelling van zaken. Tegenover dit
voordeel voor bedrijven staat een groter nadeel in de vorm van een
pakket belastingverzwaringen, zoals het schrappen van belastingvoordelen
en fiscale aftrekposten en de invoering van klimaatheffingen waardoor
bedrijven per saldo een lastenverzwaring krijgen van 100 miljoen euro.
Cadeaus
Ze
betalen daardoor zelf de winstbelastingverlaging en krijgen bovendien
te maken met een kabinet dat legale belastingontwijking aanpakt.
PvdA-leider Asscher die ten onrechte meent dat het regeerakkoord “een
regen aan cadeaus voor grote bedrijven omvat’ krijgt straks tijdens de
debatten met Rutte III deze bal teruggekaatst en premier Mark Rutte zal
er zeker op wijzen dat zijn vorig kabinet veel vriendelijker voor
multinationals was dan zijn nieuwe ploeg.
Om
Nederland voor buitenlandse investeerders aantrekkelijker te maken
wordt de dividendbelasting afgeschaft. De kosten daarvan bedragen 1,4
miljard euro. Als we kijken naar de focus van internationale
investeerders dan zou dit bedrag beter besteed kunnen worden aan
innovaties op het terrein van digitalisering, nieuwe technologieën, green tech en smartindustry.
Echt Hollands
De
nieuwe coalitie van VVD, CDA, D66 en de Christen Unie heeft een echt
Hollands regeerakkoord in elkaar gezet. Geven en nemen en de plussen en
minnen redelijke over de partijen verdelen. Dat levert niet alleen een
evenwichtig beeld op, maar ook goede resultaten voor onze economische
groei, werkgelegenheid en de koopkracht van gezinnen.
Daardoor zal het voor de oppositie niet
gemakkelijk worden om binnen de grens van gezonde overheidsfinanciën
met betere voorstellen te komen. Rutte III heeft deze grens al opgezocht
en gebruikt zelf bijna alle financiële ruimte voor nieuwe uitgaven en
eindigt in 2021 met een klein begrotingsoverschot van 0,5% BBP. Dit is
risicovol en kan bij tegenvallers (bijvoorbeeld de gevolgen van Brexit)
leiden tot extra bezuinigen, belastingverhogingen en een
begrotingstekort.
Btw-verhoging
Op
terrein van de belastingen wil de linkse oppositie dat de btw-verhoging
van tafel gaat. In de meeste landen zien we een trend waarbij de
lastendruk op arbeid door lagere belastingtarieven wordt verlaagd en de
lastendruk op consumptie door hogere btw-tarieven wordt verhoogd. De
opbrengst van de Btw-verhoging wordt gebruikt voor een tariefsverlaging
in de loon en inkomstenbelasting. Dit bevordert de economische groei en
schept banen.
Pakken we de
verkiezingsprogramma’s erbij dan zijn de meest partijen in Nederland,
ook links, voorstander van deze belastingverschuiving. Partijen die nu
te hoop lopen tegen de btw-verhoging moeten de kiezers wel eerlijk
uitleggen dat het schrappen daarvan leidt tot een hogere lastendruk op
arbeid, minder groei en mindere banen.
Volgens de linkse oppositie zal het
‘rechtse’ regeerakkoord van Rutte III ook leiden tot een grotere
inkomensongelijkheid. Deze bewering die het bij hun achterban goed doet,
is feitelijk onjuist. Uit berekeningen van het CPB waarbij alle plussen
en minnen voor arm en rijk zijn verwerkt, blijkt juist dat onder Rutte
III de inkomensongelijkheid zal afnemen. Rutte III zit hier dus in het
linkse kamp en dat is voor links én rechts even wennen.
Klimaat
Er
zijn veel kanttekeningen te plaatsen bij de torenhoge klimaatambities
van Rutte III. Maar laten we vooral blij zijn dat er nu een kabinet
aantreedt dat echt aan de slag gaat. Voor het bedrijfsleven moet dit een
aansporing zijn om zich voor de volle 100 procent voor deze ambities in
te zetten. We nemen ook aan dat de nieuwe minister voor het klimaat al
snel tot de conclusie komt dat CO2 opslag niet de beste manier is om de
klimaatdoelstellingen te realiseren.
Nederland
moet vooral geld uitgeven aan de productie van duurzame energie en een
schone waterstofeconomie opbouwen zoals we in een vorige column hebben
bepleit. Die aanpak is beter, goedkoper, leidt tot extra groene groei en
een snellere realisatie van de doelstellingen. Ook een hoger tempo van
het sluiten van kolencentrales is nodig.
Met
een beetje passen en meten zou PvdA-leider Asscher, maar ook Jesse
Klaver onder een groot deel van het regeerakkoord hun handtekening
kunnen zetten.