Aan de formatietafel wordt het geen vrolijke boel
Gisteren, 07:00
Willem Vermeend en Rick van der Ploeg
Na de uitslag van de verkiezingen van 15 maart zal er gestart
worden met het formeren van een nieuw kabinet. Gaan we af op de
peilingen en de voornemens die de politieke partijen tijdens de
verkiezingscampagne naar voren hebben gebracht, dan is de kans groot dat
de VVD, D66 en het CDA de formatie zullen domineren en daarbij voor een
meerderheid op zoek moeten gaan naar andere partijen.
Kijken we naar de programma’s van de ‘dominante drie’ en
de doorrekening door het Centraal Planbureau (CPB), dan zijn de
verschillen overbrugbaar. Met andere partijen zoals GroenLinks, de PvdA
en de SP die met radicaal andere programma’s Nederland willen gaan
regeren, ligt dat veel moeilijker. Voor deze linkse partijen betekent
meeregeren met een ‘centrumrechts’ blok dat ze veel van hun programma
moeten inleveren en zich moeten focussen op aansprekende thema’s voor
hun achterban. Het in deze kringen veelgehoorde idee van een links
kabinet wordt alleen in Fabeltjesland serieus genomen.
Partijen die straks aan de formatietafel zitten, hebben ten opzichte
van de start van het kabinet Rutte 2 in november 2012, toen de economie
van ons land kromp en we een fors begrotingstekort hadden, het grote
voordeel dat Nederland er nu uitstekend voorstaat met een sterke
economie en een goed gevulde schatkist. We willen de feeststemming aan
deze tafel niet nu al verpesten, maar de kans op slecht weer, chagrijn
en slaande deuren is groot. Bijna alle partijen hebben in hun
verkiezingscampagnes aan hun kiezers gouden bergen beloofd en daarvoor
al rekeningen bij de schatkist neergelegd met het risico dat die niet
betaald kunnen worden. Maar ze liggen straks wel op de formatietafel en
daarover zullen de deelnemers die aanzitten overeenstemming moeten
bereiken. We gaan alvast met de lezers aan deze tafel zitten en proberen
in te schatten wat er uiteindelijk van al die verkiezingsbeloften
terecht zal komen.
Toen het CPB deze prognose opstelde, waren de verwachtingen over de gang van zaken in de wereldeconomie, waar Nederland als handelsland sterk van afhankelijk is, erg optimistisch. Nu zijn daar minder redenen voor. Belangrijke boosdoeners zijn het toenemende economische protectionisme, dat door het beleid van president Trump (America First) een extra impuls heeft gekregen, en de gevolgen van Brexit. Ook de oplaaiende belastingoorlog tussen landen kan negatieve effecten hebben. We zouden niet verbaasd zijn als op de formatietafel de groeiprognose lager komt te liggen dan 1,7%. En dat betekent niet alleen minder ruimte om verkiezingsbeloften te kunnen financieren, maar ook minder werkgelegenheid.
Voor de onderhandelaars over een regeerakkoord is dit een tegenvaller, maar het chagrijn daarover wordt nog erger als ze te horen krijgen dat ze bij overheidsuitgaven een extra klap van ten minste 3 miljard euro per jaar moeten opvangen. In de doorrekening is namelijk geen rekening gehouden met het feit dat het onontkoombaar is dat een nieuw kabinet hoe dan ook zal moeten voldoen aan de NAVO-verplichtingen en Europese afspraken op het terrein van de defensie-uitgaven en bovendien een defensie erft die in verval is. President Trump zal de druk op de EU-landen om deze uitgaven snel te verhogen steeds sterker opvoeren en met deze 3 miljard euro zit Nederland pas rond de helft van deze verplichtingen.
Bij deze actualisatie komt ook ons zorgstelsel, recent uitgeroepen tot het beste van Europa, aan de orde. Daarbij wordt nog eens duidelijk dat, ondanks alle mogelijke besparingsoperaties, de kosten blijven toenemen. In onze column van 7 januari jl. hebben we alle beschikbare cijfers en toekomstige ontwikkelingen op een rijtje gezet en geconcludeerd dat politieke partijen die beloven dat ze de zorgkosten voor burgers zullen verlagen en tegelijk de kwaliteit van de zorg willen verbeteren, zich schuldig maken aan ‘kiezersbedrog’.
Het eerlijke verhaal is dat de komende jaren voor een doorsnee gezin de kosten blijven stijgen tenzij we kiezen voor een lagere kwaliteit van onze zorg. De meerderheid van de onderhandelaars zal het met deze conclusie eens zijn en kiezen voor handhaving van het huidige stelsel. Als tegemoetkoming voor partijen die kiezers te veel hebben beloofd zal er waarschijnlijk een beperkte aanpassing van het eigen risico op tafel worden gelegd.
Hoe de verkiezingsuitslag ook zal uitvallen, het wordt geen vrolijke boel aan de formatietafel. En voor een nieuw kabinet zijn de voortekenen op een lang leven wel eens beter geweest.
Actualisatie
Bij formaties is het gebruikelijk dat er met het oog op het regeerakkoord een actualisatie komt van financieel-economische cijfers en andere relevante nationale en internationale ontwikkelingen. Deze actualisatie wordt dan vergeleken met de CPB-prognoses (ongewijzigd beleid) voor 2018-2021 waarop de verkiezingsprogramma’s en de doorrekening zijn gebaseerd. Volgens dit zogenoemde ‘basispad’ gaat het CPB er vanuit dat onze economie in de nieuwe regeringsperiode gemiddeld met 1,7% per jaar zal groeien en dat het nieuwe kabinet eindigt met een begrotingsoverschot van 0,9% van het BBP.Toen het CPB deze prognose opstelde, waren de verwachtingen over de gang van zaken in de wereldeconomie, waar Nederland als handelsland sterk van afhankelijk is, erg optimistisch. Nu zijn daar minder redenen voor. Belangrijke boosdoeners zijn het toenemende economische protectionisme, dat door het beleid van president Trump (America First) een extra impuls heeft gekregen, en de gevolgen van Brexit. Ook de oplaaiende belastingoorlog tussen landen kan negatieve effecten hebben. We zouden niet verbaasd zijn als op de formatietafel de groeiprognose lager komt te liggen dan 1,7%. En dat betekent niet alleen minder ruimte om verkiezingsbeloften te kunnen financieren, maar ook minder werkgelegenheid.
Voor de onderhandelaars over een regeerakkoord is dit een tegenvaller, maar het chagrijn daarover wordt nog erger als ze te horen krijgen dat ze bij overheidsuitgaven een extra klap van ten minste 3 miljard euro per jaar moeten opvangen. In de doorrekening is namelijk geen rekening gehouden met het feit dat het onontkoombaar is dat een nieuw kabinet hoe dan ook zal moeten voldoen aan de NAVO-verplichtingen en Europese afspraken op het terrein van de defensie-uitgaven en bovendien een defensie erft die in verval is. President Trump zal de druk op de EU-landen om deze uitgaven snel te verhogen steeds sterker opvoeren en met deze 3 miljard euro zit Nederland pas rond de helft van deze verplichtingen.
Het eerlijke verhaal
Bij de update aan de formatietafel krijgen de onderhandelaars ook te horen dat er extra uitgaven nodig zijn om te kunnen voldoen aan het klimaatverdrag van Parijs en daarbij gaat het niet om klein bier. Een andere ‘dure’ boodschap die op tafel ligt, is dat onze buurlanden hun winstbelastingtarieven voor bedrijven gaan verlagen en dat ons land hoe vervelend ook, op straffe van een verlies aan bedrijven en banen, mee zal moeten doen en dat kost in eerste instantie extra geld uit de schatkist.Bij deze actualisatie komt ook ons zorgstelsel, recent uitgeroepen tot het beste van Europa, aan de orde. Daarbij wordt nog eens duidelijk dat, ondanks alle mogelijke besparingsoperaties, de kosten blijven toenemen. In onze column van 7 januari jl. hebben we alle beschikbare cijfers en toekomstige ontwikkelingen op een rijtje gezet en geconcludeerd dat politieke partijen die beloven dat ze de zorgkosten voor burgers zullen verlagen en tegelijk de kwaliteit van de zorg willen verbeteren, zich schuldig maken aan ‘kiezersbedrog’.
Het eerlijke verhaal is dat de komende jaren voor een doorsnee gezin de kosten blijven stijgen tenzij we kiezen voor een lagere kwaliteit van onze zorg. De meerderheid van de onderhandelaars zal het met deze conclusie eens zijn en kiezen voor handhaving van het huidige stelsel. Als tegemoetkoming voor partijen die kiezers te veel hebben beloofd zal er waarschijnlijk een beperkte aanpassing van het eigen risico op tafel worden gelegd.
Banen en belastingen
Tijdens de onderhandelingen zullen ook de arbeidsmarkt en belastingen belangrijke dossiers zijn. Gaan we af op de programma’s van de politieke partijen en de verwachte dominante positie van de VVD, D66 en het CDA in het formatieproces, dan verwachten we geen ingrijpende hervormingen. Zo komt er geen nieuw simpel belastingstel en ook geen afzonderlijk regime voor zzp’ers. Wel gaan we er vanuit dat de knelpunten die door ondoordachte regelgeving van Rutte 2 voor deze groep zijn ontstaan, worden weggenomen en dat zzp’ers moeten zorgen voor een adequate arbeidsongeschiktheidsverzekering.Hoe de verkiezingsuitslag ook zal uitvallen, het wordt geen vrolijke boel aan de formatietafel. En voor een nieuw kabinet zijn de voortekenen op een lang leven wel eens beter geweest.